Staatssecretaris Dijksma (I&M) heeft Kamervragen beantwoord over het aantal treinen met gevaarlijke stoffen dat door de gemeente Utrecht rijdt. De gemeente had daartoe in augustus een brief naar de staatssecretaris gestuurd. Naar aanleiding daarvan waren de Kamervragen gesteld door D66.
Dijksma stelt dat de aantallen wagens die in de brief van de gemeente Utrecht worden genoemd, kloppen. En ook dat hierdoor in Utrecht de risicoplafonds uit de wet Basisnet zijn overschreden in 2015. Uit de analyse van ProRail is gebleken dat deze overschrijdingen voor een fors deel zijn veroorzaakt door een trein die enkele keren per week brandbaar gas vervoerde tussen Geleen en Tsjechiƫ via de Bentheimroute. Deze trein rijdt sinds december 2015 niet meer structureel via de Bentheimroute. De herroutering leidt tot een forse afname van het gasvervoer door steden als Utrecht, Amersfoort en Apeldoorn, aldus Dijksma.
Verder stelt de staatssecretaris dat er geen wettelijke grenzen zijn voor de aantallen wagens met gevaarlijke stoffen. Ze heeft eerder al toegezegd de vervoerscijfers, zodra deze door ProRail beschikbaar zijn gesteld, te publiceren op de website van Kenniscentrum Infomil. Dat gebeurt per kwartaal.
Dijksma is geen voorstander van het publiceren van een zwarte lijst van vervoerders. De ILT heeft de ambitie om de inspectieresultaten van al haar werkzaamheden openbaar te maken. Dat geldt ook voor de resultaten van de inspecties op het terrein van de registratie van gevaarlijke stoffen. Dit proces wordt de komende jaren ingericht, aldus Dijksma. Eind 2016 zal de ILT opnieuw rapporteren over de resultaten van het toezicht op de informatie over gevaarlijke stoffen van zowel rijdende treinen als losse wagens op emplacementen, en Dijksma zal de Kamer informeren over de uitkomsten.
Verder verwijst Dijksma naar haar aanpak om de overschrijdingen van de risicoplafonds weg te nemen.